Het More museum[1] in Gorssel, met nog een kasteel als dependance in Ruurlo, is exemplarisch voor hoe private partijen (in casu Hans Melchers) investeren in regionale kunst en cultuur. Het More museum profileert zich met modern realisme, in de Gelderse Achterhoek en is daarmee een trekker geworden voor dagjesmensen en toeristen.
Ook het Singer Laren museum[2], in het Gooi, is zo’n voorbeeld waar het Amerikaanse echtpaar Anna en William Singer hun kunstcollectie als cultureel erfgoed hebben doorgegeven. Het Singer Laren herbergt naast het museum ook een theater alsmede een grote villa met beeldentuin. Zo vormt dit museum een belangrijk kunst- en cultuurmagneet van de regio.
Samenwerking met grote sponsoren, van stichtingen en overheden tot marktpartijen als advocatenkantoren, accountancykantoren en banken is daarbij cruciaal om ook duurzaam te kunnen voortbestaan. Alleen zo kan kunst worden behouden en kunnen onderscheidende tentoonstellingen worden gefinancierd wat weer bijdraagt aan het leefklimaat in de regio.
Het Singer Laren museum gaat zelfs nog een stap verder in haar expositie begin 2019 met het tonen van kunstschatten van bedrijven, veelal sponsoren. Onder de noemer ‘Out of the office: kunstschatten uit bedrijven’ worden meer dan 150 bijzondere kunstwerken vertoond. Het museum kent dan ook een indrukwekkende lijst aan bedrijfssponsoren, welke in een lange gang uitgebreid worden weergegeven inclusief type collectie en aantal werken.
Het mes snijdt hiermee aan twee kanten: voor het publiek is dit een buitenkans om hoogtepunten uit de bedrijfscollecties te kunnen zien waar je normaal geen toegang tot hebt. Het principe van schaarste creëren, door tijdelijk een unieke collectie te tonen, werkt ook hier erg goed. Voor de bedrijven die partner of sponsor zijn van Singer Laren is dit mooie reclame, waarmee ze hun kunstcollectie kunnen tonen en naamsbekendheid versterken onder een breed publiek.
Het is mooi dat vermogende mensen op deze manier kunst en cultuur voor een breed publiek toegankelijk kunnen maken, zeker ook in regio’s waar een beperktere aanbod bestaat. De andere kant van dezelfde medaille is dat kunst minder ‘democratisch’ wordt in de zin dat een private partij (sponsor) bepaalt waar het accent in een (nieuw) museum komt te liggen. Daarom is het goed dat de overheid ook vanuit een paternalistische rol hoeder is en blijft van kunst en cultuur. Dit naast de mooie en onderscheidende private initiatieven.
Comments are closed.