Omvang creatieve industrie
De creatieve industrie als topsector beslaat circa 4% van de banen in Nederland en 11% van de bedrijfsvestigingen[i]. Op Europees schaalniveau wordt zelfs gesproken van 7,5% van de beroepsbevolking die werkzaam is in de culturele en creatieve sector, circa 12 miljoen mensen[ii]. Kortom, de creatieve industrie representeert een substantieel belang voor economie en maatschappij.
Naast een directe economische waarde levert de culturele en creatieve sector een veel bredere bijdrage aan de maatschappij: het bevorderen van het creatieve innovatieve vermogen van de samenleving in de breedste zin, ondernemerschap (als motor van de economie), de fysieke inrichting, de sociale binding en het aanzien van Nederland[iii].
Bijdrage maatschappelijke vraagstukken
De creatieve industrie kenmerkt zich ook door andere manieren van kijken naar vraagstukken, waarbij gebruikers centraal komen te staan in plaats van bijvoorbeeld technologie. Hiermee draagt de sector ook bij aan maatschappelijke vraagstukken zoals de energietransitie, de zorgsector en de bouwsector. In ruimtelijke opgaven, waarbij het gaat om de fysieke leefomgeving en -beleving, weten ontwerpers en de bouwsector elkaar steeds beter te vinden.
Rijksbouwmeester Alkemade: “Ontwerpers beschikken over een aantal essentiële creatieve vaardigheden: verbeelding, verbinding en vernieuwing. Ook zijn ze in een positie om de langere termijn in ogenschouw te nemen. Juist deze vaardigheden zijn van groot belang voor de verschillende transities waar de maatschappij voor staat”[iv]. Deze uitspraak werd gedaan in de context van de nationale dialoog bouwcultuur, welke op 5 maart 2020 werd georganiseerd door Kunsten’92 en de Federatie Ruimtelijke kwaliteit. Zo ook hebben de Branchevereniging Nederlandse architectenbureaus en de Rijksbouwmeester op 19 februari 2020 de eerste jaarrapportage over de ruimtelijke ontwerpsector aan de Minister van OCW aangeboden.
Corona crisis
Met de huidige corona crisis wordt de culturele en creatieve sector enorm op de proef gesteld. De kracht van een kleinschalige, flexibele en innovatieve sector is in tijden van crisis soms ook de zwakte: veel zelfstandigen zonder personeel (ZZP) raken in de knel. Deze flexibele schil van ZZP-ers is vaak het eerste waarop wordt bezuinigd. Maar ook hele branches in de culturele- en creatieve sector zitten direct in de problemen: van evenementenmakers tot de popindustrie.
In het NRC van 1 april 2020 wordt zelfs gesproken van een verwacht omzetverlies van euro 3,5 miljard in de evenementenbranche. Hiermee staan 48.000 banen op de tocht, bijna de helft van de circa 100.000 banen in deze sector. Naast het wegvallen van optredens verdienen muzikanten nu ook niets meer aan afdrachten door bijvoorbeeld horeca en kapperszaken. Buma/Stemra heeft hiertoe een noodplan ontwikkeld om vervroegd afdrachten uit te keren, en een noodfonds op te zetten samen met Sena en de overheid[v]. Andere deelsectoren houden het misschien iets langer uit, maar de huidige situatie is ongekend.
Maatwerk maatregelen
De uitdaging voor de overheid is om generieke maatregelen te treffen, waar ook VNO-NCW en MKB Nederland zich hard voor hebben gemaakt. Op 17 maart 2020 is door het Kabinet een pakket van fiscale en financiële maatregelen geïntroduceerd, voor behoud van banen en economie[vi]. Daarnaast heeft Minister Engelshoven van OCW reeds specifieke maatregelen aangekondigd voor de culturele sector, echter nog te beperkt.
Op 30 maart 2020 heeft de corona taskforce culturele en creatieve sector (bestaande uit de Federatie Creatieve Industrie, Federatie Cultuur, De Creatieve Coalitie, Erfgoedplatform en Kunsten’92) een brief aan het Kabinet gestuurd met een oproep de voorgestelde (coulance) regelingen uit te breiden en te verbreden omdat een deel van de sector nu achter het net dreigt te vissen[vii].
Solidariteit
Naast deze maatregelen is het van belang dat de economie zo goed en kwaad als dat kan doorloopt en dat de overheid haar rol als opdrachtgever juist ook in deze tijd invulling blijft geven. Solidariteit, maatwerk en flexibiliteit zijn sleutelwoorden als we het fundament onder de culturele en creatieve sector willen behouden, zeker als de crisis langer blijft aanhouden.
Over de periode 2008-2018 was de creatieve industrie samen met de ICT sector verantwoordelijk voor 25% van de banengroei in Nederland[viii]. Juist deze sector zorgt straks ook weer voor een snel herstel als economische motor om groei aan te jagen, mits het fundament tegen die tijd niet is weggeslagen…
[i] Rutten, P., O. Koops en F. Visser (2019). Monitor Creatieve Industrie 2019 Nederland, Top-10 steden, creatieve bedrijven en beroepen, stichting Media Perspectives, Hilversum, december
[ii] https://www.consilium.europa.eu/media/42770/st06426-en20.pdf
[iii] SER en Raad voor Cultuur (2017). Passie Gewaardeerd: Versterking van de arbeidsmarkt in de culturele en creatieve sector, 21 april
[iv] https://www.bna.nl/nieuws/rijksbouwmeester-en-ontwerpsector-willen-ruimtelijke-opgaven-samen-oppakken
[v] Driessen, C. (2020). Noodplan voor artiest en componist, NRC, 30 maart
[vi] https://www.rijksoverheid.nl/actueel/nieuws/2020/03/17/coronavirus-kabinet-neemt-pakket-nieuwe-maatregelen-voor-banen-en-economie
[vii] https://twitter.com/fedci/status/1244702978453487616?s=21
[viii] Rutten, P., O. Koops en F. Visser (2019). Monitor Creatieve Industrie 2019 Nederland, Top-10 steden, creatieve bedrijven en beroepen, stichting Media Perspectives, Hilversum, december
Comments are closed.