Kans en gevaar
In de Chinese taal kent het woord ‘crisis’ twee karakters: kans en gevaar. Ook de uitdrukking ‘never waste a good crisis’ sluit hier goed op aan. Dit geldt zeker voor onderwijsland waar nu onder veel druk veel vloeibaar wordt. Dit proces is evident geen sinecure, met een vreselijke aanleiding en nog onduidelijke afloop.
Onderwijsvernieuwing gaat vaak moeizaam, dit geldt ook voor digitalisering van onderwijs. Niet als doel op zichzelf, maar als middel om onderwijs ook op afstand en op elk moment te kunnen aanbieden. Denk ook aan de discussie over en relevantie voor leven-lang-leren. Met de corona crisis krijgt digitalisering van onderwijs een enorme impuls. De urgentie maakt dat op grootschalige wijze de ontwikkeling van online onderwijs en zelfs – examinering enorme sprongen maakt. Naast het digitaal kunnen aanbieden van onderwijs wordt de rol van kunstmatige intelligentie steeds prominenter.
Kunstmatige intelligentie en onderwijs
De recente ontwikkeling van kunstmatige intelligentie is indrukwekkend, mede als gevolg van toegenomen rekensnelheid en opslagcapaciteit. De exponentieel groeiende hoeveelheid data vormt de brandstof voor algoritmen en daarmee toepassingen in kunstmatige intelligentie, zoals in onderwijs. Daarmee wordt steeds meer (individueel) maatwerk onderwijs mogelijk.
Enkele basale voorbeelden hiervan in het primair onderwijs zijn ‘rekentuin’, ‘taalzee’ en ‘words & birds’. Veel volwassenen kennen ook ‘duolingo’, voor het aanleren van een vreemde taal. In deze voorbeelden bepaalt een algoritme het niveau op basis van jouw voortgang (individueel maatwerk) in plaats van klassikaal (‘one size fits all’ benadering). Ook worden steeds meer spel elementen (gamification) ingezet om mensen te motiveren te leren.
Met behulp van kunstmatige intelligentie heeft ook learning analytics de afgelopen jaren een enorme vlucht genomen. Met behulp van grote hoeveelheden data kan niet alleen maatwerk worden geleverd, maar ontstaan ook steeds meer inzichten over de effectiviteit van methoden zowel in onderwijs als examinering. Naast beschrijvende data en voorspellende data zullen voorschrijvende data een belangrijke game changer worden, zeker ook in onderwijsland. Een ethisch perspectief is hierbij geen overbodige luxe.
Sociale interactie
In eerste instantie zit digitalisering van onderwijs zelf in een versnelling, aangedreven door de corona crisis, waarbij leerlingen enkele maanden vanuit huis moeten werken. Digitale platforms en toepassingen worden snel doorontwikkeld, waarbij het spannend is welke onderwijsplatforms overblijven. Dit in analogie met het ontstaan van zoekmachines in de jaren negentig en Google die als grote winnaar is overgebleven.
In tweede instantie zal het benutten van big data een grotere de rol krijgen in de ontwikkeling van algoritmen voor nieuwe toepassingen in onderwijs en examinering. Andere landen, zoals de Verenigde Staten, zijn hier al veel verder mee. Daar bestaat reeds een hele industrie rond digitale onderwijs en zijn kennisinstellingen hier al veel meer mee bekend.
Tegelijkertijd zal de behoefte aan sociale interactie, zeker voor wat betreft het proces van leren tussen leerlingen onderling en tussen leerlingen en docent, prominent blijven. Daarmee zal digitaal onderwijs, onderwijs op locatie naar verwachting niet vervangen maar wel (blijvend) versterken. Laat dit een positief effect zijn van de coronacrisis, mede in het kader van leven-lang-leren.
Kwaliteit en diploma’s
Op 24 maart 2020 heeft Minister Slob van OCW bepaald dat het centraal examen komt te vervallen en dat leerlingen dus op basis van schoolexamencijfers slagen. Dit is in de tweede wereldoorlog eerder gebeurd. Een interessante gedachte daarbij is of dit op langere termijn verschil maakt in bijvoorbeeld kansen op de arbeidsmarkt en carrière.
De romanschrijver en filosoof Robert Pirsig beschreef in zijn boek Zen en de Kunst van het Motoronderhoud (1974) al het onderwijsexperiment waarbij geen cijfers werden gegeven aan leerlingen. De redenatie hierbij: motivatie en vertrouwen. De leerlingen die normaal hun best niet doen, zouden dat nu nog steeds niet doen. De leerlingen die normaal gemotiveerd zijn en hard werken, blijven dat wel doen was de argumentatielijn.
Laten we de eindexamenleerlingen 2020 volgen en kijken hoe zij zich ontwikkelen. Mogelijk kan het huidige onderwijs hiervan leren…
Comments are closed.